De ene de afstammeling van een rallylegende, de andere de derde generatie van een stijlicoon. De ene richt zijn pijlen op het hart van de enthousiaste bestuurder, de andere wil ook het verstand aanspreken. De Alpine A110 en de Audi TT zijn gelijkaardig, maar toch ook zo anders.
Als we onze fantasie de vrije loop laten, hadden de Alpine A110 en de Audi TT elkaar naar het leven kunnen staan in klassiekers als de Rally van Monte Carlo. Allebei zijn ze in min of meer rechte lijn afstammelingen van raszuivere rally-iconen: de elegante Alpine A110 ‘Berlinette’ enerzijds, de machtige Audi Quattro anderzijds. De realiteit is helaas anders. Terwijl de Alpine, die bij zijn terugkeer zijn start niet gemist heeft, vooruitkijkt naar een veelbelovende toekomst en een comeback in de rallysport, mag de Audi TT al stilaan terugblikken op een schitterende carrière die in 1998 begon. Een carrière waarin de Duitse coupé zich eerder een reputatie als stijlicoon opbouwde. Anders dan de Alpine A110, die de sportieve bestuurder wil verleiden, wil de Audi TT een breder publiek aanspreken – hij was ooit zelfs nog met een dieselmotor verkrijgbaar. Een estheet met een rationeel kantje dus. Ten koste van het rijplezier?