De vooruitgang die motorbouwers de jongste jaren boekten met hun zelfontbranders, is spectaculair te noemen. Daarvan getuigen deze vijf gezinsberlines, die ieder een viercilinder-turbodiesel van 170 pk of zelfs nog wat meer onder de kap hebben.
De beste soep wordt gemaakt in oude kookpotten. De Renault Laguna en de Citroën C5, die allebei bijna fin-de-carrière zijn, kunnen namelijk de titel van beste reisberline uit deze vijfkamp op hun naam schrijven. Naast een onklopbare verhouding prestaties-verbruik onderscheidt de Laguna zich door het bijzonder aangename karakter van zijn motor, maar ook door zijn weggedrag en comfort, en niet te vergeten een bijzonder rijkelijke standaarduitrusting. De C5, die comfortabeler en ruimer is, beschikt over een onvoorstelbaar gewillige motor en is bijna even goed uitgerust. Hij moet zich echter gewonnen geven op het vlak van prestaties en verbruik, zij het dan maar net. De mooie 407, die uitgerust is met dezelfde motor, biedt heel wat rijplezier dankzij zijn supergeavanceerde voortrein. Hij is ook de minst dure Fransman uit deze test, maar hij moet te veel onderdoen op het vlak van binnenruimte en koffervolume. De Toyota Avensis en de VW Passat zijn dus de hekkensluiters van dienst. Ondanks zijn hoogtechnologische motor slaagt de banaal uitziende Avensis er niet in om zich te onderscheiden van zijn rivalen, door zijn weinig pittige rijkarakter. De Passat is wel erg ruim en geniet meer status, maar hij doorstaat de vergelijking niet op het vlak van het rijplezier (zelfs wanneer hij gekoppeld is aan de uitstekende DSG, is de 2.0 TDI te ruw en te lawaaierig) en nog minder qua verhouding prijs-uitrusting.