Tegenover de Jaguar XFR en de Mercedes E 63 AMG kan de nieuwe BMW M5 niet langer de exclusiviteit van zijn tien cilinders inroepen: ook deze supersportieveling doet nu een beroep op een drukgevulde V8.
De M5 is een begrip. Nooit tijdens de vier vorige generaties heeft de in M-outfit gehulde 5-Reeks de bal misgeslagen, en bij elke modelwissel dwong de ‘M Fünf’ telkens weer meer respect af. En niet alleen bij zijn evenknieen met achterbank en koffer; het model van de generatie E60 (die van 2004 tot 2010 gebouwd werd) kon met zijn atmosferische V10 van 507 pk evengoed heel wat coupés afdrogen die pretendeerden sportiever te zijn en/of van prestigieuzer allooi waren. Al haast even iconisch is de Mercedes E 63 AMG. Ook al is zijn achtcilinder in V-opstelling voortaan nog ‘slechts’ 5,5 liter groot (de ‘63’ op de kofferklep is dan ook misleidend), deze motor blijft veruit de dikste en virielste uit deze vergelijking. Met zijn enorme zuigers (met een diameter van 98 millimeter, tegenover respectievelijk 88,5 en 92,5 voor de M5 en de XFR) en zijn erg rauwe stemtimbre gooit hij het welgemanierde van de E-Klasse helemaal overboord en keert hij het raffinement waarmee Mercedes’ reisberline zich graag vereenzelvigt, resoluut de rug toe. Als laatste is er de Jaguar XFR, die meteen kleur bekent met ‘details’ als luchthappers in de motorkap, grote uitsparingen in de bumper en twintigduimvelgen. Met zijn perfect vierkante dikke V8 van vijf liter, die wordt gevoed door een mechanische compressor, heeft deze Britse geweldenaar alvast potentieel genoeg om zijn Duitse rivalen te onttronen. Het circuit van Francorchamps lonkt...