De C30 grijpt terug naar Volvo's verleden. Door het concept van de P1800 ES en de 480 nieuw leven in te blazen onderwerpt hij het imago aan een stevige verjongingskuur.
De C30, die in de sporen van de P1800 ES treedt, verschaft een nieuw elan aan het Zweedse merk. Deze Volvo, die op esthetisch vlak bijzonder geslaagd is, vormt een mooi alternatief in het segment van de luxemiddenklassers, waar hij de Alfa 147, de Audi A3 of de BMW 1-Reeks efficiënt van repliek dient. Binnen het C30-gamma zijn de 1.6D en de 2.0D de aantrekkelijkste versies, niet alleen door het rijplezier dat ze bieden (compromis comfort-rijgedrag, homogeen motorkarakter), maar ook door hun interessante verhouding prijs-uitrusting. De D5-versie, die op papier erg overtuigend lijkt, heeft ons een beetje teleurgesteld. Dat komt vooral doordat hij door zijn voorbijgestreefde vijftrapsautomaat geen aanspraak kan maken op de titel van sportdiesel. De topversie C30 T5 moet dan weer gezien worden als een snelle en comfortabele reisauto, eerder dan als een echte sportieveling. Die rol zal hopelijk vervuld kunnen worden door een toekomstige R-versie...