In tegenstelling tot de andere nieuwelingen in zijn categorie groeide de Toyota Yaris relatief weinig. Daardoor kan hij zijn statuut van veelzijdig stadsautootje behouden.
De Yaris bleef trouw aan de filosofie van zijn voorganger en koos voor evolutie in plaats van revolutie. Door de (beperkte) toename van zijn buitenafmetingen kon de binnenruimte geoptimaliseerd worden zonder dat de wendbaarheid en dus zijn troef in de stad in het gedrang kwamen. Een troef die zeldzaam wordt in deze categorie, die constant lonkt naar het hogere segment. Bovendien neemt de Yaris II de talrijke praktische aspecten van de vorige generatie over, zoals de moduleerbaarheid van het interieur. De motoren hebben natuurlijk te lijden onder de gewichtstoename, al ontwikkelt de 1.4 D-4D tegenwoordig 90 pk.