Smart heeft zich teruggeplooid op zijn basisactiviteit: een kleine stadstweezitter bouwen. Van de nieuwe Fortwohangt dus meteen het voortbestaan van het merk af.
Hoewel de nieuwe Smart Fortwo een kwart minder duur is om te produceren, gingen de prijzen niet naar omlaag, maar de klant krijgt wel meer waar voor zijn geld. De nieuwe Fortwo is sneller, vertoont een betere wegligging, is ruimer, rijdt comfortabeler en behoudt alle capaciteiten van de stadsvlo die hij altijd is geweest, terwijl hij nu ook op de snelweg zijn mannetje staat. Hij blijft echter behoorlijk veel drinken, is nog altijd niet goedkoop (zeker niet als je hem wat luxueus aankleedt) en de rechtuitstabiliteit bij hogere snelheden blijft, mede door het vage stuur, discutabel. De kofferruimte openen is bovendien erg onhandig. Voor het overige biedt de Fortwo alle voor- en nadelen van zijn (nog steeds unieke) concept, maar de nieuwkomer is in elk geval meer auto geworden dan zijn voorganger.