In het C-segment – dat nog altijd het grootste is in Europa – worden de messen nog maar eens geslepen. Met zijn nieuwe Astra wil Opel graag doorstoten naar de top bij deze compacte middenklasse. De nieuwe 1.0-turbo moet daarbij helpen.
Hoewel de carrière van de vorige Astra in 2014 al gedeeltelijk aan het uitlopen was én er behoorlijk potente kapers op de kust waren, slaagde Opel er toch nog in om dat jaar 230.000 exemplaren van zijn compacte middenklasser te slijten. Het geeft onmiddellijk aan hoe belangrijk dit model is voor het voortbestaan van de Duitse GM-dochter.
Voor de ontwikkeling van de nieuwe Astra hebben de Opel-ingenieurs zich dan ook extra ingespannen om tot een coherent geheel te komen. Conditio sine qua non daarbij was een forse vermageringskuur, met een winst die voor sommige motorvarianten kan oplopen tot 200 kilogram in vergelijking met de vorige generatie. Dat kan niet anders dan een positief effect hebben op allerlei vlakken, niet het minst dat van de wegligging, maar ook dat van het verbruik.
Met de maatregelen die de Vlaamse regering rond deze jaarwende heeft genomen, vonden we het opportuun om deze keer geen dieselmotor als ‘hoofdtest’ te kiezen (die krijgt u hierna voorgeschoteld), maar wel de nieuwe combinatie die overal furore maakt: een lichtere auto met in het vooronder een kleinere (turbo)motor op benzine.
- Montere en aangename krachtbron
- Gewicht t.o.v. vorige generatie
- Behoorlijke prestaties, redelijk verbruik
- Efficiënt en gezond weggedrag
- Verhouding prijs-uitrusting
- Bijdetijdse opties, ergonomie
- Opdringerige rijhulpsystemen
- Verbruik bij sportieve rijstijl
- Bediening versnellingsbak, geen zesbak
- Filtering en geluidscomfort met 17-duimbanden
- Toegang koffer (vrij nauw en hoog)
- Opties kunnen prijs opvoeren