Met de 650LT had McLaren al aangegeven in welke richting het zijn Super Series-modellen wilde laten evolueren. De 720S zet de volgende stap... en geeft de verzamelde concurrentie meteen het nakijken.
Niet de tijd die je hier hebt doorgebracht, telt, wel wat je in die tijd verwezenlijkt. Dat was de lijfspreuk van Bruce McLaren, stichter van het gelijknamige merk, die dit jaar precies vijftig jaar geleden op het (oude) circuit van Francorchamps zijn eerste GP-zege vierde aan het stuur van een auto die zijn naam droeg. Een helaas erg toepasselijke spreuk: op 2 juni 1970 verongelukte de Nieuw-Zeelander tijdens een test met een CanAm-auto op het circuit van Goodwood. Hij was amper 32 jaar.
Onderweg op het oude tracé van ons nationale F1-circuit denken we aan het stuur van de McLaren 720S terug aan die bewuste spreuk. In 2010 bracht McLaren Automotive de MP4/12C uit, met de stellige belofte om elk jaar een nieuw model te laten volgen. Een belofte die McLaren ook is nagekomen, met als resultaat dat het jonge merk vandaag zijn aanbod heeft onderverdeeld in drie families: de Sports Series, de Super Series en de Ultimate Series. In die laatste stelde McLaren enkele weken geleden de Senna voor, die als doel heeft het ultieme circuitwapen te worden.
De 720S van zijn kant is de jongste telg van de Super Series, de opvolger van de MP4/12C en de 650S, waarbij die laatste in feite niet meer was dan de gefacelifte versie van de MP4/12C. Dat kun je ditmaal niet zeggen: met 91 procent andere onderdelen is de 720S wél een echt nieuwe auto. Eentje die de limieten nog maar eens verlegt. Van veel verwezenlijken op korte tijd gesproken…