Detailtests / Honda CR-V 2.2 i-DTEC

Schijn bedriegt in het geval van de Honda CR-V. Bij elke nieuwe generatie verandert het model maar weinig van look, maar onderhuids valt telkens de nodige vooruitgang te melden. Dat is deze keer niet anders.

De vierde generatie van de CR-V is gebaseerd op het platform van zijn voorganger, al werd de structuur verstevigd (de torsieweerstand en de buigsterkte werden respectievelijk met 9 en 7 procent vergroot). Aan de wielbasis werd niet geraakt (2,63 meter), terwijl de lengte en breedte in de buurt blijven van die van het vorige model (4,57 en 1,82 meter). De hoogte werd echter met 3 centimeter verminderd (de antenne, nu een haaienvinexemplaar, niet meegerekend). De proporties blijven dus grotendeels ongewijzigd, maar Honda drukt er wel op dat de nieuwe CR-V veel ruimer is. En dat is niet gelogen: dankzij een andere interieurinrichting en lager ingeplante stoelzittingen winnen de inzittenden enkele millimeters aan hoofdruimte ondanks een daklijn die niet alleen lager is, maar ook sterker afloopt. De vooruitgang is tevens interessant wat de koffer betreft, maar ook als het over veiligheid gaat. Naast een stijvere koetswerkstructuur kan deze SUV rekenen op een nieuw ESP - met aanhangwagenstabilisatie - evenals op een spoorassistent, een automatisch remsysteem om botsingen te voorkomen en een afstandsregelaar. Het motorenaanbod is op dit moment echter beperkt, want het omvat slechts één diesel (2.2 i-DTEC met 150 pk), verkrijgbaar met een automaat (wel slechts met vijf verhoudingen). Binnenkort zal Honda echter nog een tweede dieselversie introduceren. Dat zal een voorwielaangedreven versie zijn, uitgerust met de 1.6 die recent werd ingewijd door de Civic (120 pk).