De BMW X6 50i laat blijkbaar niemand onverschillig. De één beschouwt hem als de ultieme uiting van decadentie, anderen als het summum van luxe, stijl en prestaties.
Deze eerste langdurige kennismaking in het dagelijkse verkeer verliep zelfs veel beter dan verwacht. Een publieke lynchpartij werd het geenszins, in tegendeel. De eerste SAC (Sport Activity Coupé) veroverde dus van meet af aan een plaats tussen de andere vierwielers, maar kreeg eveneens een welwillend en zeker geen wraakzuchtig onthaal van voetgangers en andere zogenaamd zwakke weggebruikers. Wat verwijt men de X6 dan eigenlijk? Dat hij nog meer onnodig is dan de X5? Uiteindelijk is hij immers slechts een frivole mutant die op hetzelfde platform staat met een achterruit die bijna horizontaal ligt om het silhouet van een coupé te parodiëren. Hij lijkt wat op een grote kever die stevig op zijn achterpoten staat en zijn achterlijf naar de hemel richt. Dankzij zijn goed geproportioneerde volumes bezit de X6 echter een schoonheid waar de vierkantige X5-break geen aanspraak op kan maken. Maar hoewel hij de monolithische look van de SAV verzacht, is deze SAC duidelijk minder praktisch met zijn vier in plaats van zeven zitplaatsen.
- Uitzonderlijke motor
- Weggedrag dat de fysica tart
- Verbazend rijplezier
- Uitstekende automaat
- Sportieve rijhouding, comfort
- Afwerkings- en fabricagekwaliteit
- Hinderlijk en energievretend formaat
- Verhouding buitenmaten-binnenruimte
- Spoorgevoeligheid
- Zicht achteruit
- Symbolische terreincapaciteiten
- Overdaad aan rijhulpsystemen