Sinds hij ruim vijf jaar geleden op de Europese markt kwam, kon de Nissan Murano zijn concurrenten nooit met gelijke wapens bestrijden. Dat wordt nu rechtgezet met de komst van een dieselmotor.
Allereerst hadden we verwacht dat Nissan een andere motor gekozen zou hebben. Zoals heel wat waarnemers dachten we als grote kanshebber voor de Murano aan de 3.0 V6 dCi die Renault vorig jaar lanceerde. Niet dus. Het alternatief voor de V6 op benzine is slechts de 2.5 dCi-viercilinder die wel al kennen uit de Nissan Pathfinder en Navara. Een lichte ontgoocheling maakte zich van ons meester... Die ebde gelukkig snel weg toen we vernamen dat het oude dCi-blok van gietijzer met een cilinderkop van aluminium toch grondig gewijzigd werd om hier nog eens dienst te doen. Door deze wijzigingen kan de 2.5 dCi voortaan uitpakken met een vermogen van 190 pk bij 4.000 o/m en een mooie koppelwaarde van 450 Nm bij 2.000 o/m.
Na een testrit van enkele kilometers gaf de Murano op diesel ons een over het algemeen homogene en behoorlijk comfortabele indruk (hoewel de filtering van de ophanging toch beter kon), al is hij toch minder geraffineerd dan de benzineversie. Het vermogen en koppel van de 2.5 dCi leken ons zeker niet overdreven om vlot met het verkeer mee te kunnen, terwijl de ruwe werking van de motor (geluid en trillingen) het luxueuze en behaaglijke gevoel dat we in het interieur kenden, kwam verstoren. Het is duidelijk dat de overstap van een V6 op benzine naar een viercilinder-diesel niet zonder gevolgen blijft...
De Europese loopbaan van de Nissan Murano zal eindelijk echt van start kunnen gaan, nu hij een democratische motor heeft. De keuze voor de 2.5 dCi is volgens ons misschien wat twijfelachtig, maar dat moeten we nog eens nagaan tijdens een grondigere wegtest.