Als uitvinder van de populaire cabrio moest VW wel een eigen coupé-cabrio ontwerpen. Die naam Eos, naar de Griekse godin van de dageraad. Tijd voor een nieuwe start, dus.
Volkswagen maakt hier nog maar eens duidelijk dat het hogerop wil. Daarvan getuigt het hele Eos-concept : op basis van een Golf-platform en een Passat-achtertrein in deze klasse de eerste coupé-cabriolet aanbieden met vier volwaardige plaatsen. Met daar bovenop een grote kofferruimte, een mooi dak, een elegant koetswerk (zowel open als gesloten) en een functionaliteit die je in dit segment niet altijd verwacht. De Eos zou ook het comfort van een echte coupé moeten bieden (open dak incluis) en tegelijkertijd de vreugde van het rijden met de haren in de wind, zonder de nadelen eraan verbonden. Dat doel is bereikt. Die drang naar perfectie deelt hij met de Volvo C70 en plaatst hem zo'n beetje tussen het C- en het D-segment in. Dat surplus rechtvaardigt een hogere prijs ten overstaan van Opel (Astra TwinTop), Peugeot (307 CC) en Renault (Mégane Coupé-Cabriolet). Om hem veelvuldig op de weg te zien, zullen we in ons land zeker moeten wachten tot de TDI-turbodieselversie is aangekomen. Een goede reden voor ons om nog eens cabrio te rijden...