De BMW X3 evolueerde uiterlijk amper, maar de belangrijkste nieuwigheden zitten onder de motorkap. Zoals de 2.5si (218 pk) en, vooral, de verbluffende 3.0sd (286 pk).
De X3 heeft maar twee jaar nodig gehad om zijn plaats te vinden in het autolandschap, meer bepaald in het segment van de compacte prestige-SUV's, die "bijna" sociaal aanvaard zijn. Deze SUV - of SAV bij BMW, dat de "utility" graag vervangt door "activity" - uit de hogere middenklasse van het Beierse merk had dan ook maar één gebrek dat moest worden rechtgezet: hij moest er zowel vanbinnen als vanbuiten meer "premium" uitzien. Dat is nu dus gebeurd zonder al te dure ingrepen. Maar een motorbouwer van dit kaliber kon natuurlijk geen succesvol model vernieuwen zonder ons nieuwe motorsensaties te bieden. Zo mag de X3 de zescilinder van magnesium ontdekken, die een nog beter rendement biedt. De prijs voor de meeste levenslust komt echter toe aan de 3.0sd-diesel met dubbele drukvoeding, die grenzen verlegt op het vlak van de verhouding verbruik-prestaties. Qua rijplezier mag hij zich op dit moment zelfs de meest indrukwekkende softroader noemen. En een uniek aanbod op de markt.