De zesde generatie van de M5 gaat de geschiedenis in als degene die net als zijn rivalen zwicht voor vierwielaandrijving. Dat betekent echter niet dat BMW 32 jaar traditie van achterwielaandrijving met dit model zomaar overboord gooit.
Wanneer je de grenzen van de fysica tart met een berline van 600 pk en 750 Nm, is het redelijkerwijs niet meer mogelijk om hem enkel aan te bieden met twee aangedreven wielen. In het begin was de M-afdeling van BMW nog van plan om klanten voor de nieuwe M5 de keuze te laten tussen achterwielaandrijving en vierwielaandrijving, maar het werd al snel duidelijk dat het beter was twee auto’s in één aan te bieden. Het resultaat is deze M5 M xDrive. Schematisch gezien voegt de M xDrive-vierwielaandrijving de mogelijkheid toe de aandrijving van de voorwielen langdurig los te koppelen, zodat je kunt rijden met alleen de achterste wielen aangedreven. Daar komt nog een mechanisch actief differentieel met vectoriële koppelverdeling bij dat niet reactief werkt (zoals bij systemen die de wielen afremmen via het ABS, de stabiliteitscontrole of het antispinsysteem), maar proactief. Dat klinkt veelbelovend...
- 2 sportievelingen in 1: vierwielaandrijver én achterwielaandrijver
- Sturing automaat, zowel automatisch als manueel
- Perfect afgesteld stuur
- Stugge, maar comfortabele ophanging
- Superperformante koolstof-ceramische remmen (optie)
- Hoog gewicht (al is dat niet al te voelbaar)
- Wat artificiële motorklank
- Stembediening snel verstoord door achtergrondgeluid
- Inertie bedieningspookje automaat
- Soms wat krenterig uitrustingsbeleid