De eerder geteste dieselmotoren zullen het gros van de verkoop van de gefacelifte Mercedes E-Klasse uitmaken, maar de grootste nieuwigheid vinden we bij de benzines, met de biturbo-V6 van de E 400.
De Mercedes E-Klasse onderging zo’n half jaar geleden een ingrijpende facelift, waarbij vooral de veiligheidsuitrusting werd opgewaardeerd. Aan het motorenpalet werd minder geraakt, maar de Duitsers introduceerden toch één volledig nieuwe krachtbron, in de E 400. Hoewel die voor de dieselverslaafde Belgische markt weinig zinvol is met zijn 333 benzine-pk’s en zijn erg hoge prijskaartje (57.112 euro als basisprijs), pronkt hij technisch wel met de nodige interessante nieuwigheden. De biturbo-drieliter is namelijk een product van de downsizingfi losofi e die nu al enkel jaren furore maakt in autoland. Hij vervangt weliswaar geen bestaande motor, maar neemt in het gamma de plaats in waar voordien een kleinere V8-motor zou hebben geprijkt. Hij past trouwens perfect in het huidige tijdsbestek, want deze E 400 rivaliseert met de Audi A6 3.0 TFSI (299 pk), BMW 535i (306 pk) en Jaguar XF 3.0 V6, die net als de Mercedes allemaal een beroep doen op een drukgevoede drieliter.